Vertaling Bijbel, Kanttekeningen SV, [], Want tot wien van de engelen heeft Hij ooit gezegd: [19]Gij zijt Mijn Zoon, [20]heden heb ik u [21]gegenereerd? En wederom: [22]Ik zal Hem tot een Vader zijn, en Hij zal Mij tot een Zoon zijn? 19. Namelijk eigen en natuurlijke Zoon; want anderszins zijn ook de engelen kinderen Gods, ten opzichte dat zij door God en naar Zijn evenbeeld zijn geschapen, en tot kinderen aangenomen. Zie Job 1:6; Ps.89:7. 20. Dat is, van eeuwigheid, welke heden genoemd wordt, omdat in de eeuwigheid noch begin is noch einde, maar ene gedurigheid die altijd tegenwoordig is. Anderen verstaan het van den tijd waarin deze eeuwige geboorte in de wereld is geopenbaard. 21. Of geteeld, gewonnen, geboren; namelijk door een eeuwige, bovennatuurlijke en onbegrijpelijke generatie. Want Hij spreekt van zulk een geboorte, op welke wijze geen engelen noch mensen zijn geboren, maar alleen de Zoon. Waarom Hij ook de eniggeborene van den Vader genoemd wordt, Joh.1:18; en de eigen Zoon Gods, Rom.8:32. Deze plaats wordt ook Hand.13:33, op Zijn opstanding uit de doden toegepast, omdat Hij toen krachtig is bewezen de Zoon Gods te zijn, gelijk Paulus spreekt Rom.1:4. 22. Deze woorden worden wel van Salomo als een voorbeeld van Christus, die den tempel te Jeruzalem zou bouwen, uitgesproken, maar van Christus Jezus, als de betekenende zaak, vooral verstaan, die den geestelijken tempel, dat is de gemeente Gods, alleen heeft gebouwd, en een Heere daarvan is, gelijk de apostel hierna, hfdst.3:,4:,5:,6:, betuigt en die alleen een koninkrijk zonder einde heeft, gelijk de engel verklaart; Luk.1:32,33.